- Spouwmuurisolatie
Huizen met geïsoleerde gevels hebben lagere energielasten en een hoger comfortniveau doordat de muren minder koude afstralen. Bovendien vermindert spouwmuurisolatie het risico op condens en schimmelvorming op de muren aan de binnenzijde. Huizen met een bouwjaar tussen 1930 en 1975 hebben vaak ongeïsoleerde spouwmuren. Een spouwmuur bestaat uit een binnen- en een buitenmuur met daartussen een smalle luchtruimte (de spouw) van meestal vier tot zeven centimeter lucht. Deze spouw kan gevuld worden met isolatiemateriaal. Dit is een eenvoudige maatregel met een goede kosten / baten verhouding.
Hoe wordt een spouwmuur geïsoleerd?
Voor het isoleren van de spouwmuur boort het uitvoerende bedrijf in een regelmatig patroon gaten in de voegen van de gevel. De boorgaten worden na het inspuiten van het isolatiemateriaal weer netjes gedicht. Het isolatiebedrijf zorgt dat ventilatie van kruipruimtes of andere ruimtes geborgd blijft. Om te voorkomen dat het isolatiemateriaal eventueel in de spouw van een aangrenzende woning verdwijnt, brengt het bedrijf spouw-scheiders aan. Als uw buren gelijktijdig dezelfde isolatie laten aanbrengen, zijn spouw-scheiders niet nodig.
Voor wie is spouwmuurisolatie interessant?
Spouwmuurisolatie is interessant voor een woning met een bouwjaar tussen ca. 1920 en 1976. In deze periode werden spouwmuren nog niet standaard geïsoleerd bij de bouw. Tussen 1970 en 1976 kregen nieuwe woningen soms wel een geringe spouwmuurisolatie. Deze kan soms worden nagevuld. Woningen van vóór 1920 hebben doorgaans geen spouwmuur.
- Buitenmuur- of buitengevelisolatie
Het isoleren van de gevel aan de buitenzijde is veel ingrijpender dan het isoleren van de spouwmuur. Het is de duurste vorm van isoleren maar wel een efficiënte.
Buitenmuurisolatie is geschikt wanneer de gevel in slechte staat is, wanneer er geen spouw is en wanneer spouwmuurisolatie niet kan worden toegepast. Wie de buitengevel wenst te vervangen kan ervoor kiezen om dan ook meteen de buitenmuur te isoleren.
Voordelen van buitengevelisolatie:
- Bij buitengevelisolatie wordt de woning voorzien van een nieuwe isolatielaag tegen de bestaande buitengevel. Vaak wordt er daarvoor dan weer een nieuwe buitenmuur neergezet, maar een afwerking met bijv. gevelpleister of steenstrips kan ook.
- De binnenruimte blijft zoals ze was: je verliest binnenshuis geen ruimte.
- Naast het veranderen van het aanzicht, zorgt een nieuwe gevel met de juiste behandelingen en de nodige isolatie voor een extra bescherming tegen vorstschade en minimaliseer je de kans op vochtproblemen. Dat komt mede omdat de isolatielagen perfect kunnen aansluiten en doorlopen.
- De dikte van de isolatielaag is niet beperkt tot de breedte van de spouw. De dikte van de isolatielaag is te kiezen. Bij een dikke isolatie kun je met deze methode meer besparen op het energieverbruik.
Nadelen van buitengevelisolatie:
- Alhoewel er geen breekwerk aan te pas hoeft te komen, dien je wel rekening te houden met de kosten van een nieuwe gevelpleister of een nieuwe gevelbekleding.
- De gevel wordt dikker en dat zal ook invloed hebben op de ramen en deuren die reeds geplaatst zijn. Hierdoor kan er een nieuw risico ontstaan op mogelijke koudebruggen.
- Vanwege de grote aanpassingen en de plaatsing van de nieuwe gevel is dit de duurste methode van muurisolatie.
- Je dient rekening te houden met stedenbouwkundige beperkingen. Aangezien de buitenmuur deel uitmaakt van het aanzicht vanuit de straat zal je hiervoor een vergunning nodig hebben.
- Door de dikkere muur overschrijd je wellicht de erfgrens of de rooilijn. Of en welke mogelijkheden er dan zijn, daarover kun je contact opnemen met de gemeente.
- Deze methode van muurisolatie vergt veel planning en organisatie vooraf. De uitvoering van de werken zal ook veel langer duren dan bijvoorbeeld spouwmuurisolatie.
- Binnenmuurisolatie
Wanneer noch spouwmuurisolatie, noch buitenmuurisolatie een uitkomst biedt, kan de optie bekeken worden om de gevel aan de binnenzijde te voorzien van isolatie.
Voordelen binnenmuurisolatie:
- Er hoeft – anders dan bij buitenmuurisolatie – geen rekening gehouden te worden met stedenbouwkundige vergunningen: het straatbeeld en het bouwvolume blijven ongewijzigd.
- De isolatiedikte is te kiezen, waarmee je rekening kunt houden met én de gewenste effecten op energiebesparing én met wat je maximaal aanvaardbaar vindt qua ruimteverlies. In grotere vertrekken zal het ruimteverlies door voorzetwanden waarschijnlijk minder hinderlijk gevonden worden. Met bijvoorbeeld slechts 3 cm dikke EPS-platen halveer je al het warmteverlies t.o.v. een ongeïsoleerde muur.
- Je isoleert je woning en de ruimtes worden sneller opgewarmd. Meer comfort: muren zijn ‘warmer’.
- Het isoleren kan stap voor stap en is per vertrek aan te pakken. Werken in fases is met deze methode dus goed mogelijk.
Nadelen binnenmuurisolatie:
- Bij het aanbrengen van binnenmuurisolatie is extra aandacht nodig om koudebruggen zoveel mogelijk te voorkomen bij aansluitingen op vloerisolatie en dakisolatie. Koudebruggen geven een risico op schimmelvorming.
- Je verliest enige ruimte binnenshuis omdat je een voorzetwand met isolatie tegen de binnenmuur plaatst.
- Die nieuwe voorzetwand moet je dan wel opnieuw afwerken (met bijv. behang of schilderen).
- Wanneer er zich op de te isoleren wand installaties bevinden (bijv. een radiator of een stopcontact) dan moeten die tijdelijk verwijderd en na het plaatsen van de voorzetwand weer teruggeplaatst worden.
Bij oudere woningen is er soms wel een spouw maar deze is dan vrij smal. Als je toch de gevel goed wilt isoleren, kun je ervoor kiezen om zowel de spouw te vullen met isolatiemateriaal, als binnenmuurisolatie toe te passen.